Pinbetalingen blijken duurzamer te zijn dan dat we dachten. De Nederlansche Bank (DNB) concludeert dat betalen met contant geld minder goed is voor het milieu. Een betaling met contant geld staat gelijk aan het twee uur laten branden van een spaarlamp van 8 watt. Eén pinbetaling staat gelijk aan slechts anderhalf uur laten branden dezelfde lamp.
Waarom is pinnen duurzamer dan met flappen betalen?
Het verschil zit hem in de productie en distributie van beide betaalmethodes. Pinbetalingen kosten vooral energie door de productie van de pinautomaat en het energieverbruik hierna. Een pinautomaat staat meestal dag en nacht aan en verbruikt daarom de nodige energie. Tot slot wordt elke pinbetaling verwerkt in datacentra, ook deze worden gevoed door stroom.
Wordt er betaald met contant geld? Dan is dit iets nadeliger voor moeder natuur. Bij munt- en briefgeld is juist de distributie slecht voor het milieu. Waardetransportwagens maken gebruik van gas, benzine en diesel. Verder wordt geld – en de waardetransportwagens – gemaakt van metalen als koper.
Hoe ziet de toekomst eruit?
Om het betaalverkeer nog duurzamer te maken adviseren DNB en de Universiteit van Utrecht om geldautomaten en pinautomaten te voeden met duurzame energie. Omdat er meer per pin wordt betaald zetten we gezamenlijk een stap in de goede richting. Het is gemakkelijk, goedkoper en nu ook nog eens duurzamer!